De bolletjes in de vriezer…

In Ouders, Persoonlijk by Roryblokzijl25 Comments

Gisteren ging ik wat uit de vriezer halen en toen viel mijn blik op een aantal diepvrieszakjes met bolletjes erin. Bolletjes die mijn moeder voor ons had gekocht de laatste keer dat ze hier was. Meteen de laatste keer dat ik haar bij ons thuis heb gezien, voordat ze onverwachts in het ziekenhuis werd opgenomen en ruim een week later overleed. Het komt weer allemaal omhoog en voor ik het weet sta ik te huilen boven de uitgeschoven lade van de vriezer.

Wandelen met de baby

Mama kwam – toen Mila net was geboren – twee keer per week naar ons toe. Om met Mila te wandelen, zodat ik even wat tijd voor mijzelf had. Dat werd een paar jaar later één keer per week en op het laatst eens per twee weken, want het werd te zwaar voor haar om ruim twee uur met het openbaar vervoer te reizen (enkele reis heb ik het over). Al die tijd nam mama in haar trolley vers fruit voor ons mee. Gekocht bij de budget supermarkt uit hun woonplaats (want goedkoper) of van de markt.

Bolletjes voor ons

En dat was nog niet alles. Tijdens haar reis kwam ze langs een filiaal van Bakker Bart (ik noem deze naam omdat ik nu niet bij een filiaal kan komen, zonder dat ik herinnerd word aan mama) en nam verse, knapperige bolletjes voor ons mee. Voor mij de volkoren of spelt-variant (want dat was goed voor mij) en Mila werd verwend met de ‘ster’-bolletjes – zoals Mila dat noemde. Een lichtbruin knapperig kaiserbrötchen. Iets wat we voor onszelf eigenlijk nooit kochten.

En toen overleed mama

Toen mama die bewuste dag wegging, zag ik dat we teveel bolletjes hadden en ze niet op konden eten in de dagen erna. Omdat mama niet van verspilling hield (en ik daardoor ook niet) had ik ze ingevroren. Lekker kneuterig, in zo’n diepvrieszakje. Voor later. En toen overleed mama. En kon ik het niet opbrengen om de bolletjes te ontdooien en op te eten. Ik wilde ze bewaren. Om de herinnering aan die laatste keer vast te houden.

Bolletjes in de vriezer

Nu zijn we bij een punt aanbeland dat het 7 maanden later is. En de bolletjes eigenlijk ‘niet meer goed’ zijn. Ik de ruimte in de vriezer nodig heb. Maar ze gewoonweg niet weg kàn doen. Want dan doe ik feitelijk de herinnering aan die allerlaatste keer dat ze bij ons was weg. Slaat nergens op? Herinneringen zitten niet in broodjes, maar in je hart? Helemaal waar. Toch kan ik het niet loslaten. En laat ik ze nog éven liggen. In hun diepvrieszakje. In een lade. Bij ons in de vriezer.

Ik vind het een kutwoord

Je kan wel zeggen dat ik het “nog geen plekje heb gegeven“, zoals een dierbare vriendin goedbedoeld zei. Ik zou eigenlijk willen zeggen dat ik niet doe aan ‘plekjes geven’. Het suggereert – net als dat rotwoord ‘rouwverwerking’ – dat er een eindstation is. Dat het een keer ophoudt. Dat is niet zo en dat wil ik niet. Ik wil blijven denken aan mama. Over haar praten. Voelen hoe het was.

De eerste keer Kerst na het overlijden van je moeder

Natuurlijk. Als ik  nu terugkijk en denk aan mijn verjaardag (die ik niet heb willen vieren), Sinterklaas – ook alternatief ‘gevierd’ want ik kon het niet aan om met zijn allen feestelijk bij elkaar te zijn en in een gedicht iets te moeten horen over mijn verlies. Denk ik toch dat ik het niet helemaal goed doe. Maar wat is goed? En wie bepaalt dat?

Wat zou mama zeggen?

Momenteel zit ik in een fase dat ik denk: “Wat zou mama nu zeggen? Wat zou zij willen dat ik nu doe?“. En dat is denk ik toch doorgaan. Niet teveel verdriet hebben, zei ze. Een onmogelijke opgave. Het is mijn moeder. Hoe kan je niet teveel verdriet hebben? Jij mag het mij vertellen. Er is alleen ook nog een klein meisje. Dat ik wil leren om goed om te gaan met alles in het leven. Verdriet en geluk. Het kan allebei naast elkaar bestaan. Voor haar moeten we verder en natuurlijk uiteindelijk ook voor onszelf.

Leren omgaan met de leegte in je hart

Maar dat verder gaan hoeft – in ieder geval voor mij – niet te betekenen dat je iemand gaat vergeten. Dat je het verlies ‘verwerkt’ hebt (mijn haren gaan overeind staan van een uitdrukking als deze). Dat je het een plekje hebt gegeven. Wat ik al eerder zei. Er is een leegte geslagen in mijn hart. Die wordt niet meer gevuld. De leegte blijft. Je leert er alleen mee omgaan op enig moment.

De laatste keer dat je bij ons was

Dat dat laatste mij niet zo goed afgaat? Dat hoort er bij. Het is dan ook pas zeven maanden geleden. De foto’s – met bloemen erbij – staan er nog altijd en blijven ook staan. Je rouwkaart staat ernaast. De bolletjes in de vriezer? Die laat ik daar nog even in liggen. Totdat er een moment komt dat ik mij ertoe kan zetten ze weg te doen. Te ontdooien en ze aan de eendjes te geven. Zonder dat ik het koppel aan die allerlaatste keer. Dat je bij ons was mama.

Ik mis je…

 

——